Ideale plaatsing van een Celtis occidentalis
De westerse netelboom gedijt het best op een zonnige tot halfschaduwrijke standplaats met goed doorlatende grond. Hij is zeer tolerant wat bodemtype betreft en kan goed groeien op lössgrond, zavelgrond, veengrond, zware en lichte kleigrond, zandgrond en lemige grond, zolang de pH varieert van zuur tot kalkrijk. Vermijd extreem verdichte, drassige of sterk alkalische bodems. Eenmaal volgroeid is de Celtis occidentalis goed bestand tegen wind, maar bij het aanplanten kan enige beschutting tegen sterke wind de aanslag ten goede komen. Deze veelzijdige boom is geschikt voor aanplant in parken, lanen, straten en op pleinen.